Davide, 21 jaar - Een goede vriend van me heeft me de gaywereld laten ontdekken. Ik zie hem zo een beetje als mijn godfather. Hij nam me mee naar bars en clubs. Hij gaf me raad over wat wel en zeker niet te doen. Dankzij zijn goede adviezen wist ik snel waar ik terecht kon.
Ik heb nadien Inderdaad leren kennen. Dat is de Limburgse holebi-jongerenvereniging. Ze hebben daar goede onthaalmedewerkers en je wordt heel snel opgevangen in de groep. Voordien was ik timide en teruggetrokken. Maar nu zeg ik gewoon wat ik denk.
Ik werkte bij een lokale radiozender in Genk en daar heb ik mijn eerste vriend leren kennen. M’n tweede relatie was met een man die de beste vriend was van één van mijn kameraden. De kerel waar ik het langst mee samen was heb ik via het internet leren kennen, via gay.nl of zo, dat herinner ik me niet meer.
Ik spreek over een 'relatie' wanneer ik mij verliefd voel. Dat is iets wat ik niet kan omschrijven. Ik ben dan vaak aan die persoon aan het denken. Samen bouwen we een sociaal leven op. En op een gegeven ogenblik beslis je met z’n tweeën van kijk, we kunnen nu naar de buitenwereld verder als koppel.
Op m’n 16de had ik een zware depressie. M’n vrienden op school en mijn broer en zus wisten dat ik homo was, maar mijn ouders niet. Zij hadden het me al een paar keer gevraagd, maar ik wou daar niet op antwoorden. Ze hadden het al lang door. Het was voor mij erg verwarrend op die leeftijd. Ik definieerde mij als homoseksueel, maar ik was verliefd op een meisje. Uiteindelijk realiseerde ik me dat biseksualiteit bestaat. Wat later leerde in de term panseksualiteit kennen. Als we dan toch in hokjes gaan denken, geef mij dan dat hokje maar, dat is het grootste hokje.
Ik was 16 toen ik een zelfmoordpoging ondernam. Het gebeurde op school. Ik had medicatie genomen en werd naar het ziekenhuis gebracht. Daar kwam het hele verhaal naar buiten. Uiteindelijk reageerden m’n ouders goed.
Ik ben mijn depressie nog steeds aan het verwerken. Ik heb veel steun gehad van het gezin waar ik inwoon. De gesprekken met de psycholoog deden ook deugd. Er zijn ook veel goede vrienden die mij steunen en die weten dat ik af en toe weer een dipje kan krijgen.
Op m’n 20ste had ik 2 korte relaties achter elkaar. Op het moment zelf voelde dat aan als een relatie. Achteraf gezien stelde het eigenlijk niet veel voor. Ik was wel erg verliefd en voelde me sterk aangetrokken tot die personen. Als je een relatie definieert als 2 mensen die samenleven, dan had ik geen relatie met hen. Als je een relatie hebt van een half jaar, dan begint het al wel serieus te worden. Na anderhalf jaar zeg ik, okee, ik heb een vaste relatie.
Het eerste half jaar zou ik het condoom nooit weglaten. Nadien zou ik er wel over praten. En ons laten testen om te checken of we geen soa’s of hiv hebben. Ik vind het belangrijk dat dat samen gebeurt. Als je elkaar vertrouwt, kan je het condoom perfect achterwege laten. Als je elkaar niet vertrouwt, dan moet je niet in een relatie zitten, vind ik.