Werner en Kenny (30) zijn vrienden. Zij praten over hun reactie en emoties, toen Kenny voor het eerst over zijn hiv-diagnose vertelde.
Werner: Kenny zei tegen mij 'Ik moet je eigenlijk iets vertellen, en het is wel serieus.' Ik vroeg hem wat er was, maar hij kreeg het niet gezegd. Het lag heel moeilijk, ik heb het uit hem moeten sleuren. Toen zei hij het: 'ik ben hiv-positief.'
Kenny: Hij liep naar buiten en heeft zich even tegen de muur gezet. Hij was emotioneel. Ik ben dan bij hem gaan staan. Hij had heel veel vragen: 'Ga ik je nu snel verliezen? Wie heeft dat gedaan? Ga jij nu doodgaan?' Terwijl ik er zelf de eerste momenten geen tranen om liet. Dat kwam pas achteraf.
Werner: In het begin had Kenny het er wel lastig mee, maar de laatste jaren niet meer. Ik vond het in het begin ook moeilijk, omdat hij heel zwaarmoedig was. En ik zat ook met hem in. Als een goede maat je vertelt dat hij hiv heeft, valt dat zwaar natuurlijk. Zeker omdat je wel kan luisteren, maar niet echt kan helpen.
Kenny: Uiteindelijk zit je zelf met de ziekte. Je omgeving voelt niet de emoties die jij voelt op dat moment. Wanneer je het moeilijk hebt, kunnen ze er wel voor je zijn, zodat je geen domme dingen doet. Maar veel kunnen ze niet doen.
Werner: Je kan wel zeggen 'Komaan, herpak je'. Maar als dat niet helpt, helpt het niet. Dat vond ik zelf heel moeilijk. Voor mij is hij niet veranderd, maar hiv heeft wel zijn leven veranderd. Voor de rest is het altijd feest bij Kenny.
uit Hiv+, één, 2011